Pre -en perinatale trauma’s zijn trauma’s die vaak niet bewust zijn. Hierdoor worden symptomen die gelinkt kunnen worden aan trauma vaak niet in verband gebracht met pre -en perinatale gebeurtenissen. Dit wordt vaak in stand gehouden omdat trauma’s die voor de geboorte of tijdens de geboorte ontstaan zijn een zeker onwetendheid in de geest inhouden. Op het moment vanaf de conceptie tot de geboorte is de foetus niet in staat om mentale herinneringen op te slaan.
De dag van vandaag weten we dat een baby zowel tijdens de geboorte en de postpartum periode als in de periode in de baarmoeder voelt, leert en memoriseert. In het lichaam bestaat er een soort celgheugen, dat in het zenuwstelsel bewaard wordt en die medeverantwoordelijk is voor hoe een kind het leven later ervaart en hoe het zich gedraagt. Op die manier wordt de persoon in kwestie mogelijks in de latere jaren zoals in de kindertijd, de puberteit of/en de volwassenheid geconfronteerd met reacties en triggers waarvan hij of zij niet weet waar ze vandaan komen maar die wel een grote impact hebben op zijn of haar leven.
Doorheen traumawerk en traumaopstellingen, gedurende ruim twintig jaar, kregen we meer en meer kennis omtrent de herinneringen die zich tonen doorheen de pre -en postnatale trauma’s.
Onze eerste en meest significante omgeving is de baardmoeder. Dat wat de moeder voelt, voelt ook de baby in die zin dat de emotionele toestand van de moeder de biochemische ontwikkeling van de foetus creëert. Dit impliceert dat de moeder zelf trauma kan doorgeven aan haar baby omdat alles wat een invloed op haar heeft, een invloed heeft op de foetus. Daarom kan de omgeving en de omstandigheden waarin de moeder leeft een eerste traumatiserende factor zijn voor het ongeboren kind. Hierbij kan men denken aan mishandeling, misbruik, gebrek aan ondersteuning van of een conflictueuze relatie met de vader, overlijdens, ziekten of ongelukken,… verscheidene omstandigheden die natuurlijke bronnen van stress en pijn zijn voor de moeder.
Een tweede factor die belangrijk is voor heel vroeg trauma is de afwijzing van zwangerschap door de moeder, nog meer als er gedachten of intenties van abortus bestaan. De baby voelt dat hij niet gewild is en niet hier moet zijn als hij of zij dient op te groeien in een omgeving waarin hij zich niet gewenst voelt. Zijn eigen bestaansrecht wordt niet gegeven waardoor zijn motief er één is van een heel diepe angstgevoelens. Hierdoor kunnen zich een laag zelfbeeld, schaamte, schuldgevoelens en een gewelddadige of zelfdestructieve houding ontwikkelen. De traumareacties die we in de sessies vaak tegen komen bij herinnering van het lichaam aan zo’n trauma’s zijn vaak van een grote intensiteit: angst, opstandigheid, verlamd zijn of luid huilen. We zien ook vaak een ambivalentie naar de moeder toe die voortkomt uit een intern conflict tussen enerzijds het houden van of een niet houden van en anderzijds een houden van en een onvermogen om te houden van. Dit resulteert voor een kind in een grote onveiligheid en een existentiële verwarring. De afwijzing of de ambivalentie tegenover de zwangerschap kunnen te maken hebben met de omstandigheden en de omgeving maar ook met de eigen angsten en trauma’s van de moeder.
Dikwijls kan het trauma dat ervaren wordt bij de foetus een niet eigen trauma zijn maar veroorzaakt worden door een relatief recent trauma zoals een abortus ervoor of het overlijden van een ander kind. Soms kan het ook zijn dat het trauma veel ouder is, zoals de moeder die lijdt onder het verlies van iemand die voor haar belangrijk was toen ze nog klein was of in de steek gelaten is of haar eigen moeder die stierf bij de geboorte van broers of zussen,.. . In opstellingen zien we dit vaak verschijnen als een representant van de moeder die zelf klein wordt in haar lichaamshouding en waarbij duidelijk wordt dat zij zich niet gedraagt als een volwassenen maar als een kind of een baby.
Wanneer trauma gereactiveerd wordt bij de moeder die zwanger is van haar baby, neemt zij tijdelijk, langdurig of permanent, afhankelijk van het geval, emotionele afstand van de baby. Deze voelt zich op dat moment alleen, opgegeven of afgewezen maar tegelijkertijd neemt de baby in zijn/haar lichaam de pijn van de moeder, haar verdriet, schuldgevoelens,…op. Deze gevoelens worden opgeslagen in zijn of haar lichaam en komen in een later stadium in het leven naar boven zonder zich bewust te zijn waarvan deze gevoelens vandaan komen. Op die manier ontstaat er een grote verwarring tussen zijn of haar eigen gevoelens en deze die overgenomen worden door het eerdere trauma van de moeder, wat op zijn beurt leidt tot een niet weten wat de eigen identiteit is. Op die manier zien we dat baby’s verstrikt geraakt zijn in trauma’s van hun moeder, uitgesloten worden en doorheen haar, ook in de trauma’s van de grootouders.
Het zal het resultaat zijn van de omstandigheden waarin de moeder zich bevindt, van haar afwijzing, haar ambivalentie in het licht van de zwangerschap en van haar oude trauma’s die bepalend zijn of de emotionele afstand een belangrijke factor van traumatisering is voor de baby omdat dit ook een verandering in het proces van hechting moeder/baby inhoudt. De hechting tussen moeder en kind is tenslotte het belangrijkste aandeel in de ontwikkeling van het vertrouwen van het kind, van zijn emotionele leven en van zijn mogelijkheid om in verbinding te gaan met anderen.
De geboorte
Het moment van de transitie van het leven in de baarmoeder naar het leven buiten de baarmoeder, die gekenmerkt wordt door onze geboorte, is zonder twijfel de ervaring van verandering met de grootste impact in ons leven. De ervaring van geboren worden is de oorsprong van vele van onze patronen en onbewuste ervaringen. In verscheidene gevallen kan de geboorte dus trauma met zich meebrengen.
Complicaties zoals problemen met de navelstreng, risico van overlijden van de baby, de moeder of beide, vroeggeboorte en couveuse, vastzitten in het geboortekanaal, forceps, keizersnede, algehele verdoving van de moeder tijdens de bevalling,… kunnen ervoor zorgen dat ervaringen van pijn, angst om vernietigd te worden en te sterven, hulpeloosheid,… een diepe nadruk op de psyche achterlaten.
Bijvoorbeeld bij een lange en uitputtende bevalling, waarbij de baby het lastig gehad heeft om geboren te worden, kan een diepe overtuiging ontstaan zijn in functie van overleven, nl. als ik niet vecht dan overleef ik niet. OP die manier zie je een kind of een volwassene nog steeds voor alles in het leven vechten, koste wat kost. In het geval van een geboorte waarbij de forceps diende gebruikt te worden kan het besluit ontstaan zijn van hulp krijgen/vragen is een equivalent voor manipulatie en pijn. Dit omhelst in het latere leven een wantrouwen tegen elke vorm van hulp in een volwassen relatie,.. met de gedachte dat het beter is om alles zelf te doen.
Aan de andere kant is het zo dat complicaties tijdens de bevalling mogelijks al ontstaan zijn door stress en traumatisering in de prenatale fase. In dit geval worden de omstandigheden van de geboorte voor de baby vanuit de kwetsbaarheid die ontstaan is door ander trauma bemoeilijkt.
Andere factoren van trauma pre -en perinataal
Eén van de andere belangrijke factoren van trauma is het verlies van een tweeling in de baarmoeder. Als een baby gedurende een bepaalde tijd in de baarmoeder samen geweest is met een tweelingdeel, is het verlies van dat tweelingdeel, in de zwangerschap (Vanishing Twin Syndroom) of erna een heel diepgaand trauma.
Ook kunnen verscheidene medische interventies die voor de baby agressief en invasief waren andere factoren van mogelijks trauma zijn, zowel in de zwangerschap als tijdens de geboorte of na de geboorte: forceps, zuignap, manipulaties, chirurgische ingrepen, injecties,… . Verder kunnen de actueel geassisteerde technieken zoals kunstmatige inseminatie, in vitro, met alle mogelijke variaties van manipulatie van de cellen en de overdrachten van embryo’s een mogelijke rol spelen bij het ontstaan van trauma. Daarnaast is het ook belangrijk om aandacht te besteden aan de effecten van een spermabank, de gecultiveerde in vitro’s in de eerste dagen of de ingevroren embryo’s. Omtrent deze mogelijke oorzaken van trauma is er op de dag van vandaag nog te weinig onderzoek bekend om dit met stelligheid te kunnen bevestigen maar vanuit ervaring weten we dat dit zeker een mogelijke invloed kan hebben op het latere leven.
De oorzaken van pre -en perinataal trauma kunnen niet toegeschreven worden aan één unieke oorzaak van trauma pre -en perinataal. Meerdere factoren kunnen elkaar versterken en zo een complex netwerk van trauma vormen.
De kenmerken van pre -en perinataal trauma
De traumatische ervaringen in de pre -en perinatale fase, vooral als ze versterkt worden door andere ervaringen, kunnen een grote impact hebben op het hele leven. Deze ervaringen zorgen ervoor dat de baby overtuigingen vastlegt die op hun beurt ervoor zorgen dat een persoon vastgeraakt in een bepaalde kijk op zichzelf, anderen en hun leven en emotionele patronen op een bepaalde manier gevormd worden. Op die manier zien we heel wat overlevingstrategieën en -patronen ontstaan om zichzelf te beschermen en pijnlijke gewaarwordingen te onderdrukken waarbij fysische symptomen en ziektes ontwikkeld worden.
Langs de andere kant is de dwang om te herhalen een ander effect van trauma. De persoon herhaalt de patronen in zijn leven door datgene wat gebeurd is, de gedachten en/of de situaties die ontstaan zijn en die hun impact op hun wereld hebben nagelaten, te herhalen. Op die manier manifesteert pre -en perinataal trauma zich in het kind en de volwassene doorheen symptomen, overtuigingen, somatisering, emotionele patronen en herhalingen van de dingen die gebeurd zijn.
Het ontstaan van symptomen
Het lichaam slaat onze herinneringen op in het celgeheugen. Als de baby traumatische gebeurtenissen meegemaakt heeft, zullen deze herinneringen terug naar boven komen bij het kind of de volwassene in de vorm van verscheidene symptomen.
Bij pre -en perinatale traumaopstellingen observeren we vaak in de houding, bewegingen en overtuigingen van representanten, dan voornamelijk in deze van de baby zelf verschillende gewaarwordingen zoals hartkloppingen, beven en trillen, zweten, gevoel van verstikking, onstabiliteit, impuls om zich te verstoppen of te willen verdwijnen, zwakte, verwarring, duizeligheid, bevriezing, zich op de grond leggen, angst, paniek, huilen,.. .
Het ontstaan van dissociatie en ontkenning
Een ander patroon van trauma dat we kunnen observeren is dissociatie en ontkenning. Dit kan gezien worden als een bescherming of een overlevingsreactie.
Het ontstaan van overtuigingen en patronen
Bij het ontstaan van pre -en perinataal trauma ontstaan er vaak verscheidene besluiten in de psyché van de baby. Het creëert overtuigingen zoals bijvoorbeeld ‘Ik ben een last’, ‘Ik ben niet belangrijk’, ‘Ik kan niemand vertrouwen’,.. en gedragspatronen die hiermee samenhangen. De kracht die deze besluiten met zich meebrengt komt voort uit de impact van de traumatische ervaring en de krachtige emotionele lading die met deze impact gepaard gaat. De emotionele ladingen die gezien kunnen worden hierbij zijn verdriet, pijn, woede, blinde woede en angst. De verankering van deze emoties kan gezien worden in de angst en wantrouwen als basishouding ten opzichte van het leven en van zichzelf waardoor de wereld en anderen worden gezien als een potentiële bedreiging. Dit wordt verankerd als een overtuiging en laat een houding bestaan bij de volwassene door middel van verschillende gerelateerde problemen die zelfs stoornissen kunnen worden.
Kernpunten in de behandeling van pre -en perinataal trauma
De behandeling van pre -en perinataal trauma houdt verscheidene lagen en mogelijkheden in. Via traumatherapie en traumaopstellingen is het mogelijk om je bewust te worden van de innerlijke beelden en ze te transformeren, te werken op de verschillende niveaus van de werkelijkheid zoals het emotionele niveau, op het niveau van overtuigingen en de biologische dimensie van het geboorteproces. Verder zal lichaamsbewustzijn en ademhaling een belangrijke plaats innemen om archaïsche herinneringen, het contact met de emoties van de baby en daarmee de noodzakelijke herkenning en erkenning van de dieperliggende, onbewuste gebeurtenissen te vergemakkelijken.
Het is aan de volwassene om dat wat hij niet gehad heeft aan basisbehoeften als baby zoals het voelen van bescherming en veiligheid, verwelkomd zijn, erkend en zich begrepen voelen en deel uit te maken van, van geliefd zijn, dat wat uiteindelijk diep trauma achterliet, te omarmen en te genezen. Door contact te maken met zijn/haar innerlijk kind en de pijn te voelen van dat wat getraumatiseerd heeft, komt de volwassene in de mogelijkheid om terug aan te knopen bij het leven. Dit maakt het voor de persoon gemakkelijker om de omstandigheden van zijn geboorteblauwdruk te aanvaarden en ermee in het reine te zijn zoals het geweest is.
Als je voelt dat je hierbij verdere hulp of verduidelijking nodig hebt, laat het dan niet na om contact op te nemen met iemand die gespecialiseerd is in traumatherapie en/of iemand die gespecialiseerd is in pre -en perinatale traumaopstellingen.
Blijf groeien en ontdekken, elke stap telt!”
Sabin Van Crombrugge